De Oeverlanden en de Lettelberterpetten bij het Leekstermeer

Op de grens van de provincies Groningen en Drenthe liggen De Onlanden. Een laagveengebied met in het midden het Leekstermeer, ingeklemd tussen de zandgronden van Drenthe en de kleigronden van Groningen. Ten noorden van het Leekstermeer bezit Het Groninger Landschap de Oeverlanden en de Lettelberterpetten. De overige gebieden in De Onlanden worden beheerd door Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten. Het gebied is aangewezen als beschermd natuurgebied en valt onder Natura 2000.

Petgaten en legakkers

De naam Lettelberterpetten verwijst naar de zogenaamde petgaten. Aan het begin van de 20e eeuw is er bij Letterbert veen gewonnen. Door het uitgraven van het veen ontstonden er gaten die zich vulden met water, de petgaten. Het natte veen werd te drogen gelegd op smalle stroken land tussen de petgaten, de legakkers.

Nu 100 jaar later zijn deze petgaten weer dichtgegroeid (verland) en is er een waardevol Elzenbroekbos ontstaan. Een Elzenbos dat met zijn voeten in het water staat en een hoge natuurwaarde heeft voor flora en fauna. In 2015 zijn vier nieuwe petgaten gegraven om het proces van verlanding in stand te houden.

Het bos werd tot in 1964 gebruikt als ‘geriefhoutbosje’ door de bewoners van het gebied (onder meer voor brandhout en voor gereedschap). Het staat bekend als ‘het bos van Olde Mart’. Oude Mart, Martje Kuper, was de vroegere bewoonster van dit gebied. Ook het water dat werd gebruikt voor de afvoer van turf richting Leekstermeer draagt haar naam: ’t Wiekje van Martje Kuper. artikel NvhN  uit 1960.

"Het petgatenbos wordt ook wel het ‘Bos van Olle Mart’ genoemd. De naam verwijst naar de vroegere bewoonster van dit gebied, Martje Kuper. Olle Mart is geen natuurlijke dood gestorven, ze is verdronken in ‘’t Wiekje van Martje Kuper’, het kanaal dat werd gebruikt voor de afvoer van de turf. "

Het dragen van waterdichte schoenen is in natte perioden noodzakelijk

Schoon water

De Oeverlanden zijn een half open grasweidelandschap, plotseling onderbroken door een klein en grillig moerasbos, de Lettelberterpetten. De afgelopen jaren hebben we in deze aaneengesloten natuurgebieden vooral ingezet op de realisatie van een afwisselend cultuurhistorisch landschap.

Water is een belangrijk element in dit gebied. Er is een waterbergingsgebied ingericht dat in extreme perioden met veel regen er voor zorgt dat de stad Groningen droge voeten houdt.

Het water in dit gebied is erg schoon. Kwelwater noemen we dit schone water; regenwater dat in de grond wegzakt en daar een lange weg aflegt. Door deze lange route wordt het water onderweg naar haar eindbestemming continue gefilterd en wordt het extreem schoon. Ook neemt het extra veel ijzer en kalk op, voedingsstoffen waar zeldzame planten en dieren op afkomen.

Inspanningen beloond

Onze inspanningen zijn inmiddels meer dan beloond. In de Oeverlanden en de Lettelberterpetten lopen nu 4 diersoorten rond die in Nederland zeldzaam zijn: de kwartelkoning, de waterspitsmuis, de zeggekorfslak, en wel héél bijzonder de groene glazenmaker.

Zeldzame diersoorten

Kwartelkoning

De kwartelkoning zie je niet, maar hoor je wel. Deze zeldzame weidevogel houdt zich namelijk heel veilig op tussen het hoge gras in de Oeverlanden. Het mannetje maakt ’s nachts tijdens het broedseizoen een heel kenmerkend hard geluid. En dat is ook de enige reden waarom we weten dat er tenminste één kwartelkoning in de Oeverlanden zit. Of deze lokroep ook betekent dat er vrouwtjes in de buurt zijn…

De kwartelkoning is een van de doelsoorten vanuit Natura 2000 in het Leekstermeergebied.

klik hier voor het geluidsfragment van de kwartelkoning

Waterspitsmuis

De waterspitsmuis is de grootste spitsmuis in Europa, maar komt in Nederland maar heel weinig voor. Deze muis heeft een uitgebreid menu; schaaldieren, waterinsecten, larven, slakken, wormen en kevers, hij lust het allemaal. Het speeksel van de watermuis is giftig. Daarmee verlamt hij grotere prooidieren als vissen en kikkers. De waterspitsmuis kan uitstekend zwemmen en de meeste van zijn prooien vangt hij onder water.

Zeggekorfslak

De zeggekorfslak zie je gemakkelijk over het hoofd. Hij is nl. maar 1 tot 2 mm groot. Dit slakje is niet alleen ontzettend klein, maar ook heel erg zeldzaam. Hij komt maar op enkele plekken in Nederland voor. Het zeggekorfslakje leeft op moerasplanten (zegge), van de algen en de schimmels die op de bladeren van deze planten groeien. Nu is de aanwezigheid van zegge niet bepalend voor de komst van de zeggekorfslak. Dat groeit nl. op veel meer plaatsen. De kwaliteit van het kwelwater is dat wel.

Groene glazenmaker

Een ander dier dat heel erg profiteert van de goede waterkwaliteit in ons Leekstermeergebied is de groene glazenmaker. Deze libel is voor haar voortbestaan geheel afhankelijk van één waterplant, te weten, krabbenscheer. De vrouwtjes leggen hun eitjes vlak onder de waterlijn en enkel en alleen op bladeren van deze stekelige waterplant. Een kieskeurig beestje dus!
De eitjes overwinteren en komen in het voorjaar uit. Dan volgt er nog een 2e overwintering onder water, maar dan als larve. Na dit 2e jaar onder water kruipt de larve uit het water, ondergaat een gedaantewisseling en wordt een libel.

De kraag omhoog en handschoenen aan en dan een rondje Leekstermeer

in de winter onthaasten
-

Meer krabbenscheer

Het Groninger Landschap doet er alles aan om de krabbenscheervegetatie in stand te houden. Want alleen met krabbenscheer zal de groene glazenmaker hier voortbestaan. Krabbenscheer groeit alleen op plaatsen waar het water schoon is en van goede kwaliteit. Belangrijkste is dan om ervoor te zorgen dat de sloot niet helemaal dicht groeit. Die maken we daarom jaarlijks gefaseerd schoon.

Witte reigers

Witte reigers, een ondergaande zon en 22 graden; een beeld dat hoort bij Zuid-Frankrijk. Maar deze grote zilverreigers zijn gefilmd in de Lettelberterpetten, onderdeel van De Onlanden. De reigers komen ’s avonds bij elkaar om gezamenlijk te gaan slapen. Ze slapen in bomen, struiken of ondiep water, zodat ze veilig zijn voor roofdieren. Het aantal zilverreigers schommelt in de zomer tussen de 20-30, maar in de winter zijn er wel 150!

In het Leekstermeergebied heeft Het Groninger Landschap een uitkijktoren en een vogelkijkhut gerealiseerd. Vanaf de toren heb je een schitterend uitzicht over het Leekstermeer. Iets verder in het gebied gelegen ligt de vogelkijkhut, van waaruit je een prachtig overzicht hebt over de Oeverlanden.

 

De Veenman | Uitkijktoren Lettelberterpetten| Leekstermeer

Het Leekstermeer bezoeken

Onze wandelroute van 2,5 kilometer laat je al het moois van onze gebieden bij het Leekstermeer zien. Het startpunt is op de parkeerplaats bij boerderij De Hooilanden in Lettelbert. De route brengt je o.a. naar onze uitkijktoren. Vanaf de toren heb je een schitterend uitzicht over het Leekstermeer.

Verderop langs de route staat ook nog een vogelkijkhut, van waaruit je fantastisch uitkijkt op de Oeverlanden. In het voorjaar en de herfst zijn hier ontzettend veel verschillende vogels te spotten. De kievit, gele kwikstaart, kemphaan, watersnip, graspieper, veldleeuwerik én de bruine kiekendief, door het diverse landschap vind je ze hier allemaal. In de winter zie je hier honderden kol- en brandganzen en zit er altijd wel een ijsvogeltje. Het dragen van waterdichte schoenen is in de winter een noodzaak.

We organiseren regelmatig excursies bij het Leekstermeer. Wil je, begeleidt door onze vrijwilligers van ons team Leekstermeer, dit prachtige gebied beter leren kennen? Kijk snel in onze activiteitenkalender of er binnenkort ééntje plaatsvindt!

Klik hier voor de route op je smartphone. Onderweg krijg je informatie over het gebied, de planten en dieren.