Moeraspolders

Natte natuur in het stroomgebied van de Hunze

De Westerbroekstermadepolder en de Kropswolderbuitenpolder liggen in het stroomgebied van de Hunze, de rivier die ooit van Drenthe naar de Waddenzee stroomde. Vroeger stonden de oevers van de omliggende graslanden vaak onder water. Het Zuidlaardermeer en de Hunze traden namelijk regelmatig buiten hun oevers en een groot gedeelte van het land was dan drassig en moerassig.

Terug naar de oorsprong

De mens wilde het land bewonen en bewerken. Ze verlaagden het grondwaterpeil en legden dijken aan. Zo werd het land geschikt voor veeteelt en akkerbouw, maar er kwam een einde aan de wisselende waterstanden, de zogeheten natuurlijke dynamiek. En daarmee verdwenen veel soorten (water)planten, vogels en vissen. Het Groninger Landschap brengt deze dynamiek nu voor een deel weer terug.

Natte natuur maar droge voeten

In de Westerbroekstermadepolder en de Kropswolderbuitenpolder hebben veeteelt en akkerbouw sinds 2003 plaatsgemaakt voor ‘natte’ natuur. Er broeden nu weer zeldzame vogelsoorten, zoals de Steltkluut en de Geoorde Fuut. Ook zijn de polders zo ingericht dat er in geval van nood veel water geborgen kan worden, zodat de inwoners van de stad Groningen droge voeten houden.

"In 2003 heeft Het Groninger Landschap de landbouwpolders weer omgevormd tot ‘natte’ natuur. Moeras- en watervogels kunnen hier nu weer broeden, rusten en voedsel vinden. En ook vissen profiteren van het nieuw ontwikkelde gebied."

Schotse hooglanders

Om de beide polders open te houden, laten we er Koniks (wilde paarden) en Schotse hooglanders grazen. Zij zorgen ervoor dat bomen en struiken geen kans krijgen om te groeien. Er zijn plekken waar de dieren niet bij kunnen. Daar pakken de grotere struiken en bomen wel hun kans. Juist hierdoor ontstaat er een heel gevarieerd landschap en dat zorgt weer voor een grotere biodiversiteit: meerdere soorten planten en dieren.

Konikpaarden en Schotse Hooglanders

kunnen onder alle weersomstandigheden buiten leven. Ze hoeven niet te worden bijgevoerd

Amerikaanse windmotoren als vispassages

Molen De Putter en molen Koetze Tibbe worden in beide polders niet gebruikt voor het wegpompen van water, maar werken nu als vispassages. Vanuit het Foxholstermeer worden vissen via een stroming aangetrokken naar een grote bak. Eens in de twee uur wordt de inhoud van deze bak in beide polders geloosd. In het ondiepe en snel opwarmende water van de polders leggen de vissen hun eitjes. Lees meer over de Amerikaanse windmotoren in het Groninger landschap.

Vogels kiek’n bij de Kiekhorn

In de Westerbroekstermadepolder staat vogelkijkhut de Kiekhorn. Vanuit de Kiekhorn heb je een mooi zicht op de watervogels, steltlopers en weidevogels die zich hier ophouden. De polder is ’s winters erg geliefd bij eendensoorten, zoals de pijlstaart, wintertalingen de slobeend. Ook de grote zilverreiger en de blauwe kiekendief zijn hier te spotten. En heb je geluk, dan kun je ’s zomers de gele kwikstaart zien.

Rolstoelvriendelijke vogelkijkhut Kropswolderbuitenpolder

De Kropswolderbuitenpolder is een erg geliefd en veel bezocht natuurgebied. En met de realisatie van de rolstoelvriendelijke vogelkijkhut kun je ook als je mindervalide bent van alle bijzondere vogels in dit gebied genieten. In de vogelkijkhut is een rolstoelbaan aangelegd, zodat het uitzichtpunt ook goed te bereiken is voor personen die slecht ter been zijn.
De vogelkijkhut ligt aan het Polderpad in Kropswolde. Je kunt parkeren op de grote parkeerplaats, direct na de rotonde aan het einde van de Waesingeweg. Vanaf de parkeerplaats volg je de bewegwijzering van Het Groninger Landschap naar de vogelkijkhut (de afstand van de parkeerplaats tot de vogelkijkhut is 650 meter).

Ieder jaargetijde is de Westerbroeksemadepolder een bezoek waard

Ganzen en eenden een magneet voor andere vogels

De Kropswolderbuitenpolder is sinds de omvorming tot ‘natte’ natuur één van Nederlands grootste slaapplaatsen voor de rietgans. Met duizenden strijken ze ’s winters neer om hier de nacht door te brengen. De grote groepen ganzen en eenden werken als een magneet op andere vogels. Zo zijn de zeearend, de slechtvalk en de visarend hier, op zoek naar een heerlijk maaltje, al vaak waargenomen.

Vogeltelling

De vele lepelaars in de nazomer zijn in deze polders al bijna geen bijzonderheid meer. Dat geldt dan weer wel voor de zeldzame kwak, de ralreiger en de witvleugelstern. Duizenden kieviten en een paar goudplevieren gebruiken de polders inmiddels om te rusten en te eten. En veldleeuweriken laten hier met tientallen hun territoriumgezang horen.
Omdat het gebied aan het begin van zijn ontwikkeling staat, is het interessant om te kijken hoe de vogelstand zich hier de komende jaren ontwikkelt. In 2012 heeft Het Groninger Landschap een vogeltelling laten uitvoeren in dit gebied. De resultaten lees je in het vogelrapport.

Fietsen in de polders

Langs de Westerbroekstermadepolder en de Kropswolderbuitenpolder loopt het fietspad van het groot Rondje Zuidlaardermeer. Er staan twee oude molens en twee vogelkijkhutten. Veel te beleven dus voor liefhebbers van natuur, rust en ruimte in ons Groninger land. Kom gerust een kijkje nemen!