3 miljoen euro voor bescherming wadvogels
Vandaag maakte het Waddenfonds bekend 3 miljoen euro te investeren in de tweede fase van het programma Wij&Wadvogels. In de eerste fase zijn de omstandigheden voor broedende, rustende en foeragerende vogels in het Waddengebied al verbeterd. De zeven samenwerkingspartners van Wij&Wadvogels zijn zeer verheugd dat het werk de komende vier jaar kunnen voortzetten.
Internationaal vogelbelang
Het Waddengebied is het belangrijkste intergetijdengebied in Noordwest-Europa. Miljoenen vogels maken jaarlijks van het gebied gebruik om te broeden, maar ook om op krachten te komen tijdens de trek. Het is niet voor niets dat het waddengebied een beschermde Natura 2000-status heeft en op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat. Ondanks het grote internationaal belang van de Wadden hebben veel broed- en trekvogelsoorten het moeilijk. De vogels hebben onder andere last van verstoring door recreatie, visserij en roofdieren zoals vossen, ratten en verwilderde katten, gas-en zoutwinning en vogelgriep.
“We zien bijvoorbeeld dat de noordse stern, een typische wadvogel die ook op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels staat, maar weinig jongen grootbrengt waardoor de toekomst van deze soort in het waddengebied onzeker is als we op deze weg doorgaan. En dit geldt voor veel meer wadvogelsoorten”, legt Floris Italianer, directeur van Vogelbescherming Nederland uit.
Wij&Wadvogels in de volgende fase
Wij&Wadvogels startte in 2019 een eerste fase van vier jaar, als een ‘pluspakket’ boven op de Natura 2000-maatregelen voor vogels. Deze fase werd eveneens gefinancierd door het Waddenfonds en aangevuld met financiering van het ministerie van LNV en de drie waddenprovincies. In deze eerste fase is onderzoek gedaan naar welke broed- en rustplekken het belangrijkste zijn voor wadvogels, zijn deze gebieden geoptimaliseerd en zijn er maatregelen genomen zodat vogels minder last hebben van verstoring door recreanten.
In Hegewiersterfjild nabij Harlingen werd bijvoorbeeld landbouwgrond afgegraven, waardoor het gebied natter is geworden en daardoor aantrekkelijker voor wad- en weidevogels. Met succes: in 2022 waren er ruim vierduizend broedparen van 25 soorten vogels; een stijging van tweeduizend ten opzichte van 2018, voordat Wij&Wadvogels van start ging. Het Groninger Landschap heeft met een consortium onderzocht hoe predatie door bijvoorbeeld de vos tegengegaan kan worden. “Maar er is nog veel meer te doen in het Waddengebied en daarom is het belangrijk dat we ons werk, geborgd in het programma Wij&Wadvogels fase II de komende vier jaar kunnen voortzetten” zegt Italianer. “De drie miljoen euro van het Waddenfonds is daarin een belangrijke eerste stap. Hopelijk inspireert deze bijdrage van het Waddenfonds ook andere financiers en kunnen we hiermee tot eind 2027 een extra impuls geven aan de vogels in het Waddengebied.”
Wij&Wadvogels Fase II is een samenwerkingsverband van zeven partners: Het Groninger Landschap, It Fryske Gea, Landschap Noord-Holland, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, Vogelbescherming Nederland en de Waddenvereniging.