De Oosterpolder is een inmiddels weer natte polder tussen Haren en het Winschoter Diep. Het landschap is heel gevarieerd. In de gegraven waterplas leven veel watervogels. Er is een moerasbosje met elzen waar reeën zich overdag schuilhouden. En de kleine bonte specht woont in de oude bomen in de voormalige eendenkooi.
In het jaar 2000 heeft Het Groninger Landschap de waterhuishouding in deze polder aangepast. Water wordt niet meer zo snel mogelijk weggepompt, maar we houden het langer vast. ’s Winters staan nu grote delen blank. Zo wordt het moerassig en daardoor wint de natuur aan verscheidenheid. Er bloeien weer vele soorten planten zoals de gele lis en de kale jonker. De Oosterpolder verandert langzaam maar zeker in een klein paradijsje voor watervogels.
Het natte, moerassige landschap in de Oosterpolder trekt ook veel kleine diertjes op de grond aan. Er lopen inmiddels heel wat soorten muisjes rond en ook zijn er veel amfibieën zoals kikkers, padden en salamandertjes te vinden. En dat trekt weer vogels naar de Oosterpolder, die op zoek zijn naar voedsel.
De roerdomp is een reigerachtige vogel. Deze vogel is in Nederland niet veel meer te zien, maar door de maatregelen die Het Groninger Landschap in de Oosterpolder heeft genomen, is hij hier weer gespot! Het is een reigerachtige vogel die door zijn perfecte bruine schutkleur bijna niet opvalt tussen het riet. Daar zoekt hij naar een lekker maaltje, zoals vissen en amfibieën.
Een zoogdier die we hier verschillende keren hebben aangetroffen is de hermelijn. Deze marterachtige kan meer dan 40 cm lang worden (inclusief staart). Het is een echte jager, die vooral van muizen leeft, maar voor een grote vogel of zelfs een haas deinst de hermelijn ook niet terug.