Stellingmolen Germania

De Germania is een achtkante stellingmolen. De stelling is de houten omloop bovenop een (meestal) stenen onderbouw. Stellingmolens zijn daardoor tot wel 12 meter hoger dan grondzeilers. Grondzeilers zijn molens waarvan de wieken bijna de grond raken. Stellingmolens vind je meestal in de bebouwde kom. Daar is immers meer hoogte nodig om genoeg wind te vangen. Grondzeilers staan in het open veld.

In 1649 moet op de plek van de huidige molen een zogenaamde standerdmolen gestaan hebben, het oudste type houten windmolen in Nederland. Deze molen werd in 1825 vervangen door een achtkante molen in opdracht van molenaar Roelf Kornelis Mulder. Zijn zoon Kornelis Roelfs zorgde ervoor dat de molen zijn huidige uiterlijk kreeg. Hij liet in 1852 de grondzeiler met vijf meter verhogen. Bij die verhoging werd een stelling aangebracht en zo werd de Thesinger korenmolen van een grondzeiler een stellingmolen.

Onderdelen van een korenmolen

Maalkoppel

Een korenmolen heeft tenminste één koppel maalstenen. Een koppel maalstenen bestaat uit een lopersteen (de draaiende) en een liggersteen (de niet-draaiende). Tussen deze 2 stenen wordt het graan fijngemalen tot meel.

Luiwerk

Om alle zakken met graan op de maalzolders te krijgen en de zakken vol meel weer naar beneden te laten zakken, heeft elke korenmolen een hijssyteem; een luiwerk. Het luiwerk bestaat uit een rol met een lang stuk touw. Is er voldoende wind, dan gebeurd dit takelen met behulp van windkracht. Bij te weinig wind kan (of moet) de molenaar dit handmatig doen.